Gisteravond verzorgde Titus Smit een kritische inbreng over het veranderde bestuur van stichting de IJsselgraaf die alle openbare lagere scholen in onze gemeente beheert:

Voorzitter, het is de afronding van een belangrijke stap die nu wordt gemaakt, het gemeentebestuur op grotere afstand van het openbaar onderwijs. GroenLinks is daar in principe voor.  Deze ontwikkeling betekent een grotere verantwoordelijkheid voor de  bestuurder of algemeen directeur zou je kunnen zeggen. Èn nieuwe rollen voor ons als raad, de wethouder, de RVT en de gemeenschappelijke regeling. Daarom sta ik stil bij 2 punten:

Hoe kan het beste de Kwaliteit vd RVT bewaakt worden en hoe vullen de wethouder en de raad hun nieuwe rollen in?

Eerst over het bewaken van de kwaliteit van de RvT. Op papier lijkt de kwaliteit geborgd van de Raad van Toezicht, taken en profiel staan goed omschreven. Maar dat is niet altijd een garantie voor dat het in de praktijk ook goed gaat.

De mensen op die posities moeten de baantjes niet voor het geld nemen, maar vanuit oprechte betrokkenheid dat werk willen doen. Juist in het onderwijs. Bij de IJselgraaf heeft de laatste bestuurder knap financieel orde op zaken gesteld,  maar qua samenwerken en communiceren met name met ouders van een school, daar schoot hij ernstig in tekort. Is deze bestuurder door mensen die nu nog in de raad van toezicht niet te lang in het zadel gehouden? Is daar in de gemeenschappelijke regeling waar alle wethouders in zitten aan voldoende kritische zelfreflectie gedaan om te voorkomen dat deze situatie zich herhaalt? En hoe wordt gezorgd voor voldoende vers bloed in de RvT? Bekend is dat raden van toezicht dikwijls enkel werven vanuit het eigen oldboys network.



Voorzitter, het gaat hier om de kwaliteit van het onderwijs voor onze kinderen in Bronckhorst en alle schakels tellen dan. Goede juffen en meesters zijin het allerbelangrijkst, maar ook goede leden vd RvT zijn vereist. Ik hoor graag hoe de wethouder hier naar kijkt en welke rol hij voor zich zelf hierin ziet weggelegd.